Men legt verschillende belangrijke verzen vaak verkeerd uit als men de waarheid probeert te begrijpen over wat er gebeurt bij het overlijden. Jezus zei aan één van de misdadigers, die naast Hem werd gekruisigd: "En Hij zeide tot hem: Voorwaar, Ik zeg u, heden zult gij met Mij in het paradijs zijn". (Lucas 23:43) Betekent dit dat Jezus en de misdadiger die dag samen naar de hemel gingen? Dat kan niet! Christus onderwees duidelijk, dat Hij drie dagen en drie nachten in het graf zou verblijven - Hij noemde dit "het teken van Jona, de profeet". (Matteüs 12:39-40) Als Jezus en die misdadiger op de dag van de kruisiging naar de hemel zouden gegaan, zou Jezus het teken niet vervullen, dat Hij had beloofd!

Wat bedoelde Jezus dan?

In de Griekse taal van de Bijbel ontbreken de interpunctietekens, die wij in de Nederlandse tekst verwachten. Vertalers hebben hun doctrinair onbegrip gebruikt bij het vertalen van de duidelijke Griekse tekst. Jezus zei inderdaad aan de misdadiger, dat hij met Hem zou zijn in Zijn Koninkrijk, maar het woord "vandaag" (heden) verwijst niet naar "paradijs", maar naar "ik zeg U". Jezus overtuigde deze misdadiger van zijn toekomstige hoop, het teken van Zijn Messiasschap niet te verloochenen.

In het Nieuwe Testament lezen wij dat God de vroegere koning David "een man naar mijn hart" noemde. (Handelingen 13:22) David wordt gerekend tot de helden van geloof in Hebreeën 11. Toch zei de Apostel Petrus dit over David: "Mannen broeders, men mag vrijuit tot u zeggen van de aartsvader David, dat hij èn gestorven èn begraven is, en zijn graf is bij ons tot op deze dag". (Handelingen 2:29) Hij benadrukte verder: "Want David is niet opgevaren naar de hemelen". (Handelingen 2:34)

Wij lezen: "En niemand is opgevaren naar de hemel, dan die uit de hemel nedergedaald is, de Zoon des mensen". (Johannes 3:13) 

Betekent dit dat anderen na Hem naar de hemel zijn gegaan? 

Nee! De doden zijn nu buiten bewustzijn en zullen zo blijven tot God hen tot bewustzijn herstelt, wanneer "velen van hen die slapen in het stof der aarde, zullen ontwaken, dezen tot eeuwig leven en genen tot versmading, tot eeuwig afgrijzen". (Daniël 12:2) Alleen Jezus Christus is ten hemel opgevaren.

Toen de Apostel Paulus 2 Korintiërs schreef verwachtte hij nog, dat Christus tijdens zijn leven zou terugkeren. Daarom schreef hij, "Want hierom zuchten wij: wij haken ernaar met onze woonstede uit de hemel overkleed te worden". (2 Korintiërs 5:2) Paulus keek vurig uit naar het ontvangen van het geestelijk gevormde lichaam, die Christus hem zou geven bij de terugkeer van Christus. In deze samenhang schreef Paulus zijn verlangen. Hij schreef niet als een soort verkeerde veronderstelling, "het lichaam te verlaten is onze intrek te nemen bij de Here". Integendeel, uitkijkend naar zijn verandering van materie naar geest, schreef hij, dat "wij begeren te meer ons verblijf in het lichaam te verlaten en bij de Here onze intrek te nemen". (2 Korintiërs 5:8)

Uiteindelijk begreep Paulus, dat de terugkomst van Christus later zou zijn dan dat hij eerst had aangenomen, omdat dat pas plaats zou vinden nadat bepaalde voorspelde gebeurtenissen plaats hadden gevonden. (2 Tessalonicenzen 2:1-12) Maar hij twijfelde nooit aan zijn begrip van wat er gebeurt bij de dood. Paulus schreef:"Doch wij willen u niet onkundig laten, broeders, wat betreft hen, die ontslapen, opdat gij niet bedroefd zijt, zoals de andere (mensen), die geen hoop hebben. Want indien wij geloven, dat Jezus gestorven en opgestaan is, zal God ook zó hen, die ontslapen zijn, door Jezus wederbrengen met Hem". (1 Tessalonicenzen 4:13-14) Deze "slaap" is geen mysterieus soort half bewustzijn. Jezus, die stierf beschreef Zijn dood op deze manier: "Want gelijk Jona drie dagen en drie nachten in de buik van het zeemonster was, zo zal de Zoon des mensen in het hart der aarde zijn, drie dagen en drie nachten". (Matteüs 12:40) Is de hemel "het hart van de aarde"? Neen! Zoals de psalmist ons zegt, dat wanneer iemand sterft "gaat zijn adem uit, dan keert hij weder tot zijn aarde, te dien dage vergaan zijn plannen". (Psalm 146:4) Jezus maakte geen plannen toen Hij dood was. Evenals wij niet. De doden wachten niet als ontzielde geesten in de hemel. Zij zijn buiten bewustzijn (Prediker 9:5) en blijven zo tot God hen uit de dood opwekt.

Om meer te weten over dit vaak onbegrepen onderwerp, kunt U ons boekje lezen:Uw Uiteindelijke Bestemming.

Het laat U de echte waarheid zien van Uw Bijbel en openbaart belangrijke informatie, die U voorheen waarschijnlijk nooit begrepen heeft.