Nee, het is niet verkeerd om te bidden tot Jezus Christus. God is onze liefhebbende Vader, maar wij moeten zijn geliefde Zoon, Jezus Christus niet negeren. Wij kunnen in de Bijbel zien dat Jezus Christus waardig is om onze gebeden te ontvangen. Wij zien Jezus Christus als de God van het Oude Testament (1 Korintiërs 10:1-4). Hij was bij God de Vader vanaf het begin (Johannes 1:1-4). Het Woord, dat bij God was aan het begin, werd vlees (Johannes 1:14-15).

De Bijbel geeft ons het voorbeeld van de ouderling Stefanus - de eerste in de Bijbel vastgelegde martelaar van de Apostolische Kerk. "En zij stenigden Stefanus, die de Here aanriep, zeggende: Here Jezus, ontvang mijn geest" (Handelingen 7:59). Zelfs aan het einde van zijn leven, terwijl hij vermoord werd om zijn onverschrokken prediking, riep Stefanus niet God de Vader aan maar Jezus Christus, zijn Verlosser. Stefanus wist dat hij een diepgaande relatie met zowel God de Vader als met Jezus Christus had.

Jezus aanvaardde de aanbidding en verering van anderen. Toen Hij na Zijn opstanding aan Maria van Magdala en de andere Maria verscheen "grepen zij zijn voeten en aanbaden Hem" (Matteüs 28:9).

Toch moeten wij niet vergeten dat God de Vader de meerderheid van onze gebeden tot Hemzelf gericht laat zijn. Jezus Christus stelde dat Hij en de Vader één in gedachten, houding en doel zijn (Johannes 10:22-39; 17:20-23). Sinds Zijn opstanding zit de verheerlijkte Jezus Christus aan de rechterhand van God de Vader (Hebreeën 10:12; 1 Petrus 3:21-22).

Jezus Christus is God zoals God de Vader God is. Daarnaast zien wij in, datzonder het offer van Jezus Christus de scheiding tussen mensen en God de Vader niet opgeheven had kunnen worden (2 Korintiërs 3:14). Als wij niet tot de Vader bidden minimaliseren wij deze grote gift van genade die ons door Jezus Christus gegeven is. Jezus Christus leerde ons om tot de Vader te bidden, die Hij erkende als Zijn meerdere (Matteüs 6:9; Johannes 14:28). Wij kunnen deze instructie om onze liefdevolle Vader te eren niet negeren.

En zelfs wanneer wij bidden tot God de Vader doen wij dit door het gezag van Zijn geliefde Zoon, Jezus Christus. "En al wat gij doet met woord of werk, doet het alles in de naam des Heren Jezus, God, de Vader, dankende door Hem"(Kolossenzen 3:17)!

De apostel Paulus schreef ook aan de Christenen over zijn hoop dat "hun harten getroost en zij in de liefde verenigd worden tot alle rijkdom van een volledig inzicht, en zij het geheimenis Gods mogen kennen, Christus, in wie al de schatten der wijsheid en kennis verborgen zijn" (Kolossenzen 2:2-3). Onze Verlosser leerde ons niet alleen tot God de Vader te bidden, maar Hij maakte die gebeden ook mogelijk. Dit laat onverlet dat God de Vader niet wil dat wij een liefhebbende persoonlijke relatie met zijn geliefde Zoon vermijden (Matteüs 17:5).

De Bijbel laat ons zien dat God de Vader het eerste en hoogste lid van de God-Familie is, zoals Jezus Christus Zelf bevestigde. Vóór Christus offer scheidde een sluier de mensheid van God de Vader, en het was Jezus Christus' offer dat die scheiding verwijderde. Wij zien dat, zoals Jezus Christus leerde, God de Vader primair de ontvanger dient te zijn van onze dankzegging, lofprijzing en smeekbedes in ons gebed. Maar ook zien wij dat die gebeden tot God de Vader gaan in de naam van onze Verlosser, Jezus Christus, met wie wij allemaal een intieme persoonlijke relatie dienen te hebben. Als onderdeel van die relatie mogen wij zeker het Bijbelse voorbeeld van Stefanus volgen en sommige van onze gebeden richten tot de geliefde Zoon van God de Vader, Jezus Christus.