Waarom zijn we in de ruimte?

Wat hopen we, met zoveel problemen thuis op aarde, te bereiken?
Zijn de opbrengsten van de ruimtevaart de risico’s waard, of ontgaat ons iets?

Het was juni 1969, en een piloot ging met een vreemd uitziend apparaat op een oefenvlucht – een onhandige machine, helemaal niet praktisch om in te reizen, gevaarlijk en moeilijk te bedienen. Er zat een primitieve computer in die de vlucht moest leiden, maar die werkte niet goed, en toen de computer faalde, nam de piloot het over. Geen probleem. Hij zou neerstorten. Deze piloot was meer dan eens aan de dood ontsnapt en had een reputatie tot op het allerlaatste moment in zijn vliegtuig te blijven – slechts een fractie voordat het te laat was het met de schietstoel te verlaten.

Slechts een maand later zou dezelfde piloot met een soortgelijk apparaat vliegen op een van de meest gedurfde avonturen in de geschiedenis van de mensheid, en er zou geen plaats voor fouten zijn. Op 16 juli 1969 zouden onze moedige piloot en twee andere dappere mannen boven op het equivalent van een enorme vuurpijl zitten, in afwachting van het aardoppervlak te worden geblazen. Als het zou slagen zou deze ca. 3 miljoen kg wegende, 36 verdiepingen hoge ‘Romeinse kaars’ drie mannen veilig op hun bestemming brengen ca. vierhonderdduizend kilometer verderop – de maan.

Vier dagen later zat onze piloot eens te meer aan het controlepanel van een van deze gekke vliegende machines, maar deze keer was er geen schietstoel en geen terugkeer mogelijk. Zij waren op weg naar de eerste maanlanding en naar een plaats in de geschiedenisboeken.

Na een aantal keren om de maan te hebben gevlogen namen Neil Armstrong en Buzz Aldrin afscheid van medeastronaut Mike Collins, maakten hun maanmodule los van het Apollo 11 ruimteschip, en begonnen hun afdaling. Vanaf ca. twintig kilometer hoogte vlogen Armstrong en Aldrin over het maanoppervlak en begonnen te dalen. Alles verliep soepel, volgens het boekje, maar op ongeveer 600 meter boven de oppervlakte klonk er een alarm. De boordcomputer kon de gegevens niet verwerken en begaf het. Armstrong nam het over.

Opmerkelijke durf

In die situatie moest volgens de procedures de missie worden afgebroken, maar Armstrong ging door, en niemand zou moest proberen hem tegen te houden. Het landen van een maanmodule is wel beschreven als een poging een Boeing 747 te laten landen vanuit de passagierscabine. Dit was echter niet het enige probleem. De landingsplaats lag bezaaid met grote keien, en met het brandstofpeil op een gevaarlijk lage stand moest er een alternatieve plek worden gevonden. Maar uiteindelijk kwamen toch die geruststellende woorden naar een luisterende wereld die op het puntje van zijn stoel zat: “The Eagle has landed.”

Niemand weet het zeker, maar volgens een nieuwsbron van CBS hadden onze dappere astronauten nog amper zeven seconden brandstof over, zeker niet meer dan een minuut, voordat zij niet meer in staat zouden zijn geweest de landing af te breken en zich weer bij Mike Collins te voegen die in de commandomodule rond de maan cirkelde. Er zou waarschijnlijk geen redding mogelijk zijn geweest.

Dit jaar markeert de vijftigste verjaardag van de Apollo 11-missie, en de onsterfelijke woorden van Neil Armstrong die hij sprak op  20 juli 1969: “Dit is één kleine stap voor een mens en een enorme sprong voor de mensheid.” Hij sprak die woorden toen hij de eerste mens werd die voet op de maan zette. In de drieënhalf jaar daarna volgden medeastronaut Buzz Aldrin en tien andere mannen in zijn voetstappen, maar hij was de eerste die op de maan liep, en sinds december 1972 heeft niemand meer een voet op de maan gezet.

Fanatieke complotdenkers ontkennen dat de bemande maanlandingen ooit hebben plaatsgevonden, en waarschijnlijk zal niets hen overtuigen van het tegendeel. Nagenoeg al hun bezwaren zijn afgeschoten en talloze onafhankelijke bevestigingen uit de hele wereld getuigen van het feit van de zes landingen. Een van de sterkste bevestigingen komt van de voormalige Sovjet-Unie. Tot op vandaag heeft Rusland deze landingen nooit betwist, ook al waren het midden in de Koude Oorlog belangrijke prestaties voor de reputatie van de Verenigde Staten. Als er iemand zou hebben geweten dat de landingen frauduleus waren, dan zouden het de Sovjets wel zijn geweest, door middel van hun eigen technologie en bewakingssystemen.

Japan, India en China denken alle drie na over bemande missies naar de maan na de onderbreking van 47 jaar, en men kan zich afvragen waarom het zo lang duurt voordat de mensheid dit grote avontuur voortzet. Ten tijde van de eerste landingen was het algemene gevoel dat dit het begin was van de exploratie van het universum door de mens. Suggereerde Neil Armstrong dat tenslotte niet, toen hij op de maan stapte met de woorden “een enorme sprong voor de mensheid”?

In veel opzichten lijkt het dat de “enorme sprong” een halt werd toegeroepen.

Een passie om terug te komen… maar met een prijs

We zien nu echter in de V.S. een herleving van de interesse ‘om onverschrokken te gaan naar waar nog niemand ons is voorgegaan’. Andere landen sluiten zich hierbij aan. Particuliere bedrijven bouwen raketten en bieden mogelijkheden voor ruimtetoerisme aan. Er is zelfs sprake van reizen naar Mars.

In maart 2013 begon een Nederlands particulier bedrijf te adverteren voor een enkele reis naar de rode planeet om er een kolonie te beginnen. Het beweerde dat niet minder dan 200.000 vurige vrijwilligers uit de hele wereld zich hadden aangemeld, bracht de lijst terug tot 100 en is van plan al in 2023 de reis aan te vangen.

Sceptici geloven dat de hele onderneming zwendel is, daar momenteel de nodige technologie eenvoudig niet bestaat. Volgens het medianetwerk The Verge ging Mars One op 15 januari 2019 failliet, waarmee de sceptici gelijk leken te krijgen. Of het probleem regelrechte fraude was of het resultaat van te optimistische ambities staat nog te bezien. Wat deze mislukte onderneming aan het licht brengt is dat in de ruimte reizen niet zo gemakkelijk is als velen denken. Het is kostbaar en ingewikkeld, en dit helpt het 47-jarige hiaat te verklaren.

Reizen in de ruimte spreekt al meer dan een eeuw tot de verbeelding van de mens. Jules Verne’s roman Van de aarde naar de maan (1865) vertelt het verhaal van drie mannen die met een kanon naar de maan worden afgevuurd. Verne had in elk geval de bestemming en het aantal mannen goed, maar reizen in de ruimte is een afschrikwekkende opdracht gebleken, zelfs wanneer de reis naar onze naaste buur gaat.

Kort na de eerste bemande maanlandingen ontstond er eenstemmigheid over het feit dat de kosten en moeite het reizen in de ruimte onpraktisch maken. Eén Apollo-maanmissie werd geschrapt als onnodig en drie andere werden wegens kosten geannuleerd. Na verloop van tijd leerde het publiek ook de les dat reizen buiten onze planeet gevaarlijk kan zijn. Zowel in Rusland als in de V.S. vielen er meerdere doden bij pogingen gebieden buiten de aardatmosfeer te exploreren, en Israëls Ilan Ramon was een van de astronauten in de Space Shuttle Columbia die bij terugkeer uiteenviel. Talloze ‘bijna-ongelukken’ getuigen van de gevaren van deze avonturen.

Wij leven in een prachtig thuis dat we Aarde noemen. We hebben alles wat we nodig hebben om een overvloedig en gelukkig leven te leiden. We hebben desalniettemin een aangeboren wens op verkenning uit te gaan, en de ‘laatste grens’ lijkt ons voorwaarts te lonken. Maar zoals we van de ervaring hebben geleerd is het heelal buiten onze atmosfeer een vijandige omgeving. Het lijkt misschien spannend, maar de realiteit is heel anders. Astronaut Scott Kelly geeft een vrij realistische beschrijving van zijn avontuur gedurende een jaar aan boord van het International Space Station (ISS). We zien beelden van mannen en vrouwen zwevend door het zwaartekrachtloze ruimtestation, maar horen weinig over het probleem van de opbouw van koolstofdioxide die hoofdpijn en sloomheid veroorzaakt. We zien filmscènes van rondzwevende astronauten, zoals George Clooney en Sandra Bullock in de film “Gravity”, maar die ophemelende fictie staat ver van de werkelijkheid af. Urenlang in een verkrampte positie zitten in een verschrikkelijk oncomfortabel pak, zich wachtend voorbereidend op een ruimtewandeling, is eenvoudig niet iets dat in een 90 minuten durende film goed kan worden overgebracht – evenmin de realiteit ‘ruimteluiers’ te dragen die nodig zijn doordat het ruimtepak niet even kan worden uitgetrokken tijdens de uren van wachten, lanceertijd en werken in de ruimte. Kortom, door de ruimte reizen is niet zo betoverend als het op televisie en in films lijkt.

Zitten bovenop tonnen explosieve vaste en vloeibare brandstof in een enorme raket is gevaarlijk. Dit is iets dat ik in de jaren 1960 uit de eerste hand heb gezien, toen ik op de Vandenberg Air Force Base woonde aan de kust van Californië. Als er een raket werd gelanceerd, zetten we alles op alles om buiten te gaan kijken, of we nu op school of thuis waren. De combinatie van geluid, schouwspel en gedonder dat je kunt voelen als er een raket opstijgt is iets dat je moet ervaren. En als teenagers werden wij nooit teleurgesteld wanneer er één explodeerde of vernietigd moest worden als hij van koers af raakte. Op die leeftijd droegen wij niet bij aan de belasting waarmee de raket werd betaald, en de explosies overtroffen elke andere vuurwerkshow. Hoewel alle lanceringen van de Westkust onbemand waren, gebruikten die raketten dezelfde minder stabiele brandstofbron als de bemande vluchten, en deze krachtige lanceringen illustreerden voor mij als jongen de gevaren die erbij hoorden. Veel kan fout gaan en doet dat ook.

Een vraag die het waard is gesteld te worden

Het is niet mijn bedoeling de zoektocht naar avontuur en de wens het onbekende te verkennen te ontmoedigen. De vraag moet echter worden gesteld: “Naar de maan – waarom in vredesnaam?”

Ieder van ons neemt elke dag risico’s, of we er op die manier bij stilstaan of niet. Dit is op honderden manieren zo, maar heel duidelijk wanneer we in een auto, bus, trein of vliegtuig stappen. Er is altijd een risico dat er iets fout gaat. U neemt een risico wanneer u zich laat opereren, en, zoals tv-reclames duidelijk maken, u neemt een risico telkens als u het nieuwste medicijn inneemt. Na het eerste deel van een reclame voor een wondermiddel – compleet met lachende mensen die Frisbee spelen met een blije hond – komt de waarschuwing. En de volgende reclame is van een advocatenkantoor dat farmaceutische bedrijven vervolgt voor hun fouten. Zelfs voedsel tot je nemen brengt een klein risico met zich mee – denk aan de heimlichgreep [een methode om een blokkade van de luchtwegen te verhelpen en zo verstikking te voorkomen].

Wanneer het gaat over het ons in de ruimte wagen, zouden de meeste mensen er de voorkeur aan geven met beide benen stevig op de grond te blijven. Reizen door de ruimte vereist een speciaal slag risiconemers. De adrenalinegolf die komt door op het randje te leven is de reden dat veel astronauten voormalige testpiloten zijn. Voor familieleden kan het niet gemakkelijk zijn met zulke personen te leven, wanneer zij steeds moeten afvragen wat voor nieuwe manier hun familielid heeft gevonden zichzelf van het leven te beroven. Als de dingen fout gaan, blijven ouders, echtgenoten en kinderen achter, ongetwijfeld dankbaar voor de roem die gepaard gaat met te worden geassocieerd met iemand die zo avontuurlijk was, maar men moet zich afvragen wat kinderen denken als zij opgroeien zonder de ouder die zijn of haar doel najoeg. Zeker, velen zullen trots zijn op hun familielid, die er nu niet meer is, maar hoevelen van hen zouden er niet alles voor over hebben om hun geliefde terug in hun leven te hebben, veilig en wel?

Ten slotte moeten we nogmaals vragen: “Waarom in vredesnaam?” Inderdaad genieten we van veel uitvindingen als gevolg van het ruimtevaartprogramma. Veel vooruitgang in het verkleinen van computers is er een rechtstreeks gevolg van. Nieuwe materialen zijn ontwikkeld en toegepast om het leven van alledag te verbeteren. We weten meer over het universum om ons heen, hoewel veel van die kennis nodig is noch vereist dat mensen de aarde te verlaten om het te ontdekken. We kunnen het ruimteonderzoek dankbaar zijn voor communicatiesatellieten, en men kan aanvoeren dat die het leven beter hebben gemaakt – maar hebben ze dat ook echt? Zijn we vergeten dat wij best prettig leefden voordat we smartphones en satellietnavigatie hadden? Leuk… maar noodzakelijk?

Wat voor kennis zouden we kunnen ontdekken die een eeuwig verschil in ons leven hier beneden op aarde zou maken? Hebben we geleerd beter met elkaar om te gaan als gevolg van het ruimteonderzoek? Men kan wijzen op het International Space Station en opmerken dat astronauten van voormalig vijandelijke naties in harmonie samenwerken, en dat is waar. De Russische kosmonaut Michail Kornijenko en de Amerikaanse astronaut Scott Kelly brachten samen een jaar door in het ISS en respecteren en vertrouwen elkaar ongetwijfeld volkomen. Maar hoe zit het met hun twee landen?

En laten we dichter bij huis blijven. Op welke manier heeft het ruimteonderzoek de relaties tussen man en vrouw verbeterd, tussen ouders en kinderen, en die met buren? Het antwoord is duidelijk: helemaal niet.

Men zou zelfs tegenin kunnen brengen dat het ruimteonderzoek onze wereld gevaarlijker heeft gemaakt. Van meet af aan zijn militaire belangen verstrengeld met het onderzoek van onze omgeving. Spoetnik was leuk, maar was verre van het hele verhaal van waar satellieten voor waren. Het publiek was gecharmeerd van maanwandelingen en de zwakke zwaartekracht, maar achter dit alles zaten militaire experimenten en missies. Op luchtmachtbasis Vandenberg werden satellieten gelanceerd om Rusland te bespioneren, en wij zijn naïef als we denken dat Rusland ook niet Amerika bespioneerde. Onze regeringen testten vele terugkeersystemen voor raketten, waarmee een enkele raket meerdere kernkoppen zou kunnen afleveren. Satellieten cirkelen rond om drones te leiden en slimme bommen naar hun doel te voeren. Daarom zou een toekomstige oorlog kunnen beginnen in de ruimte, aangezien elk land probeert de commando- en controlesatellieten van de ander te vernietigen.

Sommigen keuren elk gebruik van de ruimte voor oorlogvoering af met het pleidooi: Militariseer de ruimte niet! Maar de ruimte is al vanaf het begin gemilitariseerd. Daarover ging de hele wedloop om de ruimte [‘Space race’] in de jaren ’50 en ’60. Naar de maan gaan sprak het publiek aan, maar het verwerven van strategisch overwicht was het spel dat gespeeld werd tussen de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten over het verkrijgen van strategisch overwicht. Nu wordt als nieuwe tak van het Amerikaanse leger genoemd: een Ruimtemacht. Wat we in het ruimteonderzoek in wezen zien is een uitbreiding van de geschillen van de mensheid die op een nieuw grensgebied worden uitgespeeld, terwijl elke mogendheid ernaar streeft de overhand te krijgen en te houden.

Op billboards buiten de toegangswegen tot Vandenberg Air Force Base stond: “Strategic Air Command – Peace is Our Profession [Strategisch Luchtcommando  ̶  Vrede is ons beroep].” (SAC werd in 1992 opgeheven en vervangen door de United States Strategic Command [V.S. Strategisch Commando.) De boodschap was begrijpelijk: Wanneer je sterker bent dan je vijand, of tenminste in staat bent tot ‘Mutually Assured Destruction’ [wederzijds verzekerde vernietiging), zal er geen atoomoorlog zijn – of is er in ieder geval een afschrikmiddel. Natuurlijk is dat alleen als er aan één van beide kanten geen technische storing of misrekening is.

Verbeelding tegenover realiteit

Ruimteonderzoek spreekt tot onze verbeelding. Kinderen zien beelden die hen aanmoedigen te gaan waar weinigen hen zijn voorgegaan. Televisienieuws en films romantiseren ruimtewandelingen en zweven zonder zwaartekracht. Overal waar je de aarde vanuit de ruimte kunt zien, moet wel de ultieme vakantiebestemming zijn. Wie wil er niet in micro-zwaartekracht rondzweven, maar hoe zit het met de misselijkheid en het overgeven die gewoonlijk met de aanpassing samengaan? ‘The Martian’ is als film amusement, maar staat ver van de realiteit af. Mannen en vrouwen spreken tot onze verbeelding in fictiefilms wanneer zij op verre planeten lijken rond te lopen – zonder luiers te dragen, zonder lastige en beperkende beschermende pakken, of grote zuurstoftanks, en zonder urenlang in een ongemakkelijke posities te zitten. Maar de werkelijkheid slaagt niet voor de prettest. Uiteindelijk is de grootste waarheid over het ruimteverkenning te vinden in de titel van de Star Wars sage.

Ik ben niet tegen verkenning en onderzoek. De mensheid heeft risiconemers nodig. Maar men moet zich wel afvragen waar het gezonde verstand is van iemand die werkelijk denkt dat een enkele reis naar Mars een goed idee is.

Onze problemen en onze uitdagingen zijn hier op aarde. Naar elders gaan om weer helemaal opnieuw te beginnen zal geen enkele van onze fundamentele problemen oplossen. De menselijke natuur – zelfzuchtigheid, trots, gekwetste gevoelens, haat en het daaruit voortkomende geweld – zal onze reisgenoot zijn. Een kleine 3.000 jaar geleden beschreef een oude profeet de natuur van de mens: “… Hun maaksels zijn maaksels van ongerechtigheid; gewelddadig werk is in hun handen. Hun voeten snellen naar het kwaad, zij haasten zich om onschuldig bloed te vergieten. Hun gedachten zijn zondige gedachten, verwoesting en ondergang zijn op hun gebaande wegen. De weg van de vrede kennen zij niet, er is geen recht in hun sporen. Zij gaan kromme paden; ieder die ze betreedt, kent de vrede niet” (Jesaja 59:6-8).

Velen vinden het onmogelijk te geloven, maar uiteindelijk zal er vrede komen, zij het niet op de manier die de mensheid verwacht. Een andere profeet verscheen meer dan 700 jaar na Jesaja en voorspelde wat wij nu weten dat mogelijk is: de vernietiging van al het leven op aarde (Mattheüs 24:21-22). Met dit vooruitzicht kunnen we denken dat het nodig is elders kolonies te beginnen, maar dat is niet de oplossing.

De oplossing is de komst van Degene die die voorspelling deed, omdat Hij meer is dan een profeet. Jesaja voorspelde over de tijd dat die Verlosser zal terugkomen om de mensheid te redden van haar destructieve wegen: “Vele volken zullen gaan en zeggen: Kom, laten wij opgaan naar de berg van de HEERE, naar het huis van de God van Jakob; dan zal Hij ons onderwijzen aangaande Zijn wegen, en zullen wij Zijn paden bewandelen. Want uit Sion zal de wet uitgaan, en het woord van de HEERE uit Jeruzalem. Hij zal oordelen tussen de heidenvolken en veel volken vonnissen. En zij zullen hun zwaarden omsmeden tot ploegscharen en hun speren tot snoeimessen. Geen volk zal tegen een ander volk het zwaard opheffen. Oorlog voeren zullen zij niet meer leren” (Jesaja 2:3-4).

Ruimteonderzoek fascineert ons. Naar de maan gaan en veilig terugkeren toont de geest en het lef van de mensheid, maar uiteindelijk moeten we nogmaals aangaande die onderneming vragen: “Waarom in vredesnaam?” Het heeft zeker geen harmonie hier beneden op aarde gebracht, evenmin zal het dat ooit doen. Vrede zal er komen, maar niet door de wetenschappelijke ontdekkingen van de mens, of het nu in de ruimte is of hier op de vaste grond van de aarde. De aarde is het thuis van de mens, en de aarde is waar ten slotte vrede zal worden gevestigd!