Dit is de vertaling van het Engelstalige artikel “If Not You, Then Who?” (Tomorrow’s Families Today) door Jonathan McNair, verschenen in het Tomorrow’s World magazine van december 2022.

Vele eeuwen geleden, toen de Joden in Babylon gevangen zaten onder de Perzische koning Ahasveros, nam een man genaamd Mordechai de wees Esther, dochter van zijn oom, in huis. Mordechai was een vriendelijke en attente man, en hij voedde Esther op als zijn eigen dochter. Ze groeide uit tot een beeldschone jonge vrouw die door een opmerkelijke reeks gebeurtenissen voor de koning werd gebracht.

Toen de jonge Esther voor koning Ahasveros stond, regeerde hij over 120 provincies, van India tot Ethiopië. Als een nederige Joodse vrouw die vrijwel zeker nooit had gedacht dat ze op een dag de potentiële bruid van de Perzische koning zou zijn en misschien had ze zelfs niet eens in die situatie willen zijn  ̶  toch won ze zijn hart. "En de koning had Esther meer lief dan alle andere vrouwen en zij verwierf bij hem meer genade en gunst dan alle andere meisjes en hij zette de koninklijke diadeem op haar hoofd en maakte haar koningin in de plaats van Vasthi. De koning richtte een grote maaltijd aan voor al zijn vorsten en dienaren, de maaltijd ter ere van Esther. Hij zorgde voor rust in de gewesten en gaf geschenken naar het vermogen van de koning" (Esther 2:17–18).

Maar haar verhaal kwam bijna tot een tragisch einde. De dag kwam dat een man genaamd Haman, een kwaadaardige adviseur van koning Ahasveros, de koning ervan overtuigde om alle Joden die waar dan ook in zijn koninkrijk woonden te laten doden. Esther kwam voor een onmogelijke keuze te staan. Zou ze niets moeten zeggen, haar eigen identiteit als Jodin verbergen en geen moeite doen om de moord op haar volk te stoppen? Of zou ze de koning zonder uitnodiging benaderen  ̶  hetgeen volgens de wet zou kunnen leiden tot haar eigen dood? Mordechai gaf Esther het advies dat ook voor ons vandaag de dag nog een uitdaging vormt: ‘”… Beeld je niet in dat jij als enige van alle Joden zult ontkomen, omdat je in het huis van de koning bent. Want als je je in deze tijd in diep stilzwijgen hult, dan zal er vanuit een andere plaats verlichting en verlossing voor de Joden komen, maar jij en het huis van je vader zullen omkomen. En wie weet of jij niet juist voor een tijd als deze tot deze koninklijke waardigheid gekomen bent" (Esther 4:13–14).

Met andere woorden, hij vroeg Esther: Als jij niet handelt, wie dan wel? God kan iemand anders dan jou inzetten, maar jij bent het die in de beste positie verkeert om je volk te redden.

Kruispunt van geweten

Naarmate we het verschil tussen goed en verkeerd leren kennen, beginnen we het effect van die kennis te voelen. En er kan een dag komen dat iemand iets ronduit verkeerd doet waar we bij zijn  ̶  iets dat niet alleen in strijd is met een van Gods geboden, maar ook een handeling die iemand anders kwetst. Als mijn vriend Bill steelt uit de portemonnee van mijn vriend Tim, heeft dat een gevolg  ̶  een wond. En ik word geconfronteerd met een gewetenscrisis. Zal ik het Tim laten weten en proberen de situatie recht te zetten? Als ik het niet doe, wie dan wel? Op een gegeven moment zal de waarheid aan het licht komen. Maar als ik niet naar voren stap en iets zeg, heb ik mijn karakter een slag toegebracht. Dat is de boodschap van Jakobus 4:17: "Wie dan weet goed te doen, en het niet doet, voor hem is het zonde."

Op 30 april 2019 waren studenten van de Universiteit van North Carolina te Charlotte bezig hun laatste collegedag van het voorjaarssemester te voltooien toen een schutter begon te schieten in een klaslokaal. Vier studenten raakten gewond en twee stierven. Maar wat opvalt aan deze tragische episode is dat het veel tragischer had kunnen zijn zonder de moedige actie van de 21-jarige Riley Howell, die de schutter omverwierp, waardoor de politie de kans kreeg hem aan te houden en te arresteren. Riley stierf aan schotwonden, maar veel levens werden door zijn ingrijpen gered.

Begrijp wat ik zeg niet verkeerd; we moeten niet op zoek gaan naar een gelegenheid om de dood tegemoet te treden, en Christenen mogen niet betrokken raken bij politieke protesten of soortgelijke pogingen om deze wereld te veranderen, die alleen Christus echt volledig kan herstellen (vgl. 2 Korinthe 5:20). Maar onze acties  ̶  of passiviteit  ̶  zullen anderen beïnvloeden. Het juiste doen kan betekenen dat we opkomen om iemand te verdedigen wiens naam belasterd wordt, of misschien een deel van onze tijd opofferen om een naaste in nood te helpen. Maar het komt vaak op hetzelfde principe neer: zo niet u, wie dan wel? Wie zal zich laten horen en het gerucht stoppen? Wie neemt de tijd om een handje te helpen?

Het omstandereffect

Soms zijn onze keuzes privé en zal niemand anders weten wat we wel of niet gedaan hebben. Maar niet altijd. Onderzoekers hebben vastgesteld wat zij het 'omstandereffect' noemen, dat mensen ervan kan weerhouden de moed te hebben om te doen wat gedaan moet worden. In 1964 werd een jonge vrouw genaamd Kitty Genovese vermoord buiten haar flatgebouw in Queens, New York. De New York Times meldde dat 38 getuigen zagen of hoorden dat ze vermoord werd, maar niemand kwam haar te hulp of belde zelfs maar de politie. Hoewel het krantenartikel later onjuist bleek te zijn over zowel het aantal als de acties van degenen die zich bewust waren wat er gebeurde, toonde het gruwelijke verhaal aan dat de meeste mensen niet de moed zullen vinden om naar voren te treden en te helpen wanneer ze denken dat anderen erbij betrokken zijn of zich bewustzijn van het probleem.

Auteur Catherine A. Sanderson beschrijft in haar boek Why We Act [Waarom wij handelen] uit 2020 een beroemd onderzoek naar dit fenomeen. “John Darley van de New York-universiteit en Bibb Latané van de Columbia-universiteit creëerden een realistische noodsituatie in een experimentele omgeving zodat ze konden beoordelen hoe de aanwezigheid van andere mensen de reacties van de deelnemers zou beïnvloeden” (pp. 26-27). Ze ontdekten dat 85 procent probeerde een mededeelnemer te helpen die met een aanvaller worstelde, als ze dachten dat alleen zij konden helpen. Toch bood slechts 31 procent hulp als ze dachten dat anderen zich bewust waren van de aanval en de behoefte aan hulp. Dit 'omstandereffect', deze 'sociale passiviteit' komt volgens Sandersons beschrijving van studies over dit onderwerp zowel bij kinderen als volwassenen naar voren.

We zien hiervan een voorbeeld in de Bijbel wanneer we het verslag van Goliath lezen. Goliath was een intimiderende krijger: "Maar toen de mannen van Israël die man zagen, vluchtten zij allen voor hem weg en waren zeer bevreesd" (1 Samuël 17:24). Wat de acties van David zo heroïsch maken, is dat hij boven het 'omstandereffect' uitsteeg. David herkende het gevaar dat Goliath voor hem persoonlijk vormde, maar trad toch naar voren om de uitdaging aan te gaan. Als hij dat niet gedaan had, wie dan wel?

Waarom u niet?

We hebben allemaal met momenten te maken waarop we de moed moeten verzamelen om te doen wat we weten dat gedaan dient te worden. Misschien komt onze werkgever erachter dat we het meenden toen we in ons sollicitatiegesprek zeiden dat we niet op de Sabbat zouden werken. Wie zal een voorbeeld zijn van een Godvrezend persoon? Natuurlijk zou God iemand anders kunnen inzetten, maar hoe zit het met u? Zult u dat voorbeeld zijn?

Dit is de uitdaging waar koningin Esther voor stond. Mordechai zei: "… Beeld je niet in dat jij als enige van alle Joden zult ontkomen, omdat je in het huis van de koning bent. Want als je je in deze tijd in diep stilzwijgen hult, dan zal er vanuit een andere plaats verlichting en verlossing voor de Joden komen, maar jij en het huis van je vader zullen omkomen. En wie weet of jij niet juist voor een tijd als deze tot deze koninklijke waardigheid gekomen bent" (Esther 4:13–14).

God kan en zal in andere middelen voorzien om Zijn doel te bereiken als u niet naar voren wilt treden. Maar waarom u niet?