Dit is de vertaling van het Engelstalige artikel “The Meaning of Life” door Gerald E. Weston, verschenen in het Tomorrows World magazine van maart-april 2025.

 

Wat is het doel van uw leven? Weet u dat? Kan het u eigenlijk wel schelen? Deze laatste vraag – kan het u eigenlijk wel schelen? – zou ons moeten choqueren. Waarom zou het iemand niet iets kunnen schelen?

We komen in dit leven zonder iets te weten. We zijn op een bepaalde dag zomaar gearriveerd, en vandaag bevinden we ons ergens, op een bepaalde leeftijd en in een bepaalde levensfase, waar we zijn wie we zijn. Maar op een gegeven moment, vaak in onze tienerjaren of als we het einde van onze tijd op aarde naderen, vragen we ons af: waar gaat het allemaal om? Wat een mysterie!

Hebt u zichzelf ooit deze vraag gesteld? Zo niet, waarom niet?

Het blijkt helaas dat te veel mensen er zich geen ernstige zorgen over maken. Op basis van hoe mensen reageren op onze aanbiedingen van publicaties zijn er meer mensen geïnteresseerd in waar de wereld naartoe gaat dan waar zij naartoe gaan. Maar kunnen er belangrijker vragen zijn dan: Wie ben ik? Waarom ben ik geboren? Wat is het doel van het leven? Bestaat God – en zo ja, wat is dan Zijn plan voor mij?

De antwoorden op deze vragen zijn te vinden in de bladzijden van de Bijbel – maar die zijn niet wat de meeste belijdende christenen denken. Nee, het doel van het leven is niet om gedurende een eeuwige pensioenperiode in de hemel rond te zweven. Lieve mensen, uw doel is oneindig veel groter dan dat!

Duizenden jaren lang hebben filosofen en theologen nagedacht en gedebatteerd over de zin van het leven, maar het antwoord was er al vanaf het begin. We worden niet aan ons eigen beperkte verstandelijke vermogens overgelaten om met een nieuw idee te komen dat bij onze persoonlijke wensen past.

 

Evolutionisten hebben geen antwoord

Zij die een evolutionaire oorsprong van het leven onderschrijven – en zich daarmee in hun eigen gedachten ontdoen van de noodzaak voor God – hebben geen antwoord. Welk groots doel kan er zijn voor een leven dat beperkt is tot het hier en nu? Zelfs als u duizend jaar leeft en een geneesmiddel tegen kanker ontdekt, wat voor goeds zal u dat dan uiteindelijk opleveren? Wanneer u sterft  zullen alle verwachtingen, dromen, herinneringen en tijdelijke beloningen, als er geen God is, voor altijd in de donkere duisternis eindigen.

Professor Thaddeus Metz vat de huidige theorieën van filosofen over het doel van het leven samen en zegt: “De laatste tijd is er echter een extreme vorm van naturalisme ontstaan, volgens welke onze levens waarschijnlijk, zo niet onvermijdelijk, minder betekenis zouden hebben in een wereld met God of een ziel dan in een wereld zonder' (“The Meaning of Life”, The Stanford Encyclopedia of Philosophy, herfsteditie 2023).

Met andere woorden: voor hen zou het bestaan van God de mens een betekenisvol bestaan ontnemen! Professor Metz legt verschillende theorieën uit die naar voren zijn gebracht aangaande hoe deze absurde conclusie tot stand is gekomen. De eerste postuleert dat Gods bestaan ons in een meester/dienaar- of ouder/kind-relatie plaatst, waardoor “onze onafhankelijkheid of waardigheid als volwassen persoon geweld zou worden aangedaan.”

Anders gezegd: we zouden niet langer onze eigen baas kunnen zijn. We zouden verantwoording moeten afleggen aan een hogere macht, en atheïsten ergeren zich dood aan zo'n idee. Professor Metz wijst op nog een andere God, zeg me niet wat ik moet doen soort redenering: “Nog een saillant argument om te denken dat God afbreuk zou doen aan de zin van het leven appelleert aan de waarde privacy…. Gods alwetendheid zou het voor ons onvermijdelijk onmogelijk maken om de zeggenschap te hebben over… de meest intieme details betreffende onszelf, wat voor sommigen neerkomt op een leven dat minder betekenisvol is dan een leven met zo'n controle.”

Dan zijn er mensen die tegen de waarde van het eeuwige leven zelf pleiten. Zoals de professor uitlegt: “Eerst en vooral was er het argument dat een onsterfelijk leven niet zou kunnen vermijden saai te worden... waardoor het leven, volgens veel subjectieve en objectieve theorieën, nutteloos zou worden.” De overpeinzingen van de filosoof zijn breed, soms technisch – en, nou ja, betekenisloos! Als we God en Zijn openbaring aan ons buiten beschouwing laten, dan kan er na ons veel te korte tijdelijke bestaan verder geen doel zijn.

Sommigen zijn verbaasd als ze horen dat een grote joodse sekte in de tijd van Jezus Christus geloofde dat er geen toekomst was na het graf. We lezen dat er tijdens de drieënhalf jaar durende bediening van Jezus op aarde een dag kwam waarop "... er Sadduceeën naar Hem toe [kwamen], die zeggen dat er geen opstanding is…" (Mattheüs 22:23). Toen de apostel Paulus voor de religieuze leiders van zijn tijd werd gebracht, veroorzaakte hij tussen de Farizeeën en de Sadduceeën bijna een rel over dit onderwerp: "En Paulus, die wist dat het ene deel bestond uit Sadduceeën en het andere uit Farizeeën, riep in de Raad: Mannenbroeders, ik ben een Farizeeër en zoon van een Farizeeër. Ik word geoordeeld over de hoop en de opstanding van de doden”, “De Sadduceeën zeggen namelijk dat er geen opstanding is en geen engel of geest, maar de Farizeeën belijden het beide" (Handelingen 23:6, 8).

Sommigen onder de Christenen in Korinthe werden door dit onjuiste idee beïnvloed. De eerste brief van Paulus aan die broeders bespreekt de opstanding – en beredeneert met volmaakte logica de nutteloosheid van het leven als het alleen voor het hier en nu is. "Immers, als de doden niet opgewekt worden, is ook Christus niet opgewekt. En als Christus niet is opgewekt, is uw geloof zinloos; u bent dan nog in uw zonden. Dan zijn ook zij die in Christus ontslapen zijn, verloren. Als wij alleen voor dit leven op Christus onze hoop gevestigd hebben, zijn wij de meest beklagenswaardige van alle mensen" (1 Korinthe 15:16-19).

Met betrekking tot de nutteloosheid van zelfopoffering in een wereld zonder God, wijst Paulus op de uiterste consequentie van deze opvatting: "Als ik, naar de mens gesproken, tegen wilde beesten heb gevochten in Efeze, wat voor nut heeft dat dan voor mij, als de doden niet opgewekt worden? Laten wij dan maar eten en drinken, want morgen sterven wij" (1 Korinthe 15:32).

Laten we dus, voordat we het op een eten en drinken zetten en voor altijd te sterven, onszelf de centrale vraag stellen die Paulus hier aan de orde stelt: Bestaat er een opstanding uit de dood? Deze is er wel, of deze is er niet. Als er geen leven na de dood is, dan is er ook geen blijvend doel, geen hoop buiten het hier en nu. Wijlen dr. Roderick C. Meredith vroeg:

 

Is er enige transcendente reden voor u dat u leeft? Kan er een opmerkelijk interessante en voldoening gevende bestemming vóór u liggen, ongeacht uw huidige situatie? Kunt u 100 procent zeker zijn van een toekomstig rendez-vous met geluk, vreugde en vrede? Of leeft u een vluchtig, teleurstellend bestaan op planeet aarde met een doel voor uw leven dat niet groter is dan de vogels, de bijen of misschien zelfs de wormen die in de modder kruipen hebben? (Uw Uiteindelijke Bestemming, blz. 1)

 

Dit zijn serieuze vragen voor serieuze mensen. Bent u tevreden als u door dit leven gaat zonder ooit te weten waarom? Zou u niet graag willen weten wat het doel van uw bestaan is? Er is een antwoord, en dat wordt onthuld in de bladzijden van uw Bijbel – en wat de Bijbel feitelijk zegt, in tegenstelling tot wat mensen denken dat hij zegt, is zowel schokkend als opwindend.

 

De zoektocht van een koning naar betekenis

De oude koning Salomo zocht een doel in het leven door middel van wijn, vrouwen, zang en vele andere fysieke activiteiten en hij kwam tot de conclusie dat geen van deze blijvend geluk bracht. Alles was ijdelheid en het najagen van wind. Hij legde uit:

 

Toen zei ik in mijn hart: Zoals het lot van de dwaas ook mijzelf treft, waarom ben ik dan toen zo bovenmate wijs geweest? Ik sprak in mijn hart: Ook dat was vluchtig [“ijdelheid”, NBG’51]. Er is immers voor eeuwig niet meer herinnering aan een wijze dan aan een dwaas. Wat er nu is, wordt in de dagen die komen, allemaal vergeten. Hoe sterft de wijze met de dwaas? Daarom haatte ik het leven, want het werk dat plaatsvindt onder de zon, leek mij kwaad. Het is immers alles vluchtig [“ijdelheid”, NBG’51] en najagen van wind. (Prediker 2:15-17)

 

U en ik kunnen Salomo nooit evenaren als het gaat om wijn, vrouwen en zang, noch qua roem of rijkdom. De meesten die het proberen, ontdekken dat wat zij dachten dat hen gelukkig zou maken, dat niet doet. Denk eens aan de levens van zoveel beroemdheden die uiterlijk 'alles hebben'. Sommigen raken aan de drugs, anderen hebben het ene mislukte huwelijk na het andere. Keer op keer ontdekken mensen met een knap uiterlijk, roem, rijkdom en al het andere waar de meeste mensen van dromen, dat niets van dit alles het geluk biedt waarnaar ze op zoek zijn. Dit wil niet zeggen dat elke rijke persoon een mislukt huwelijk heeft of dat alle beroemdheden ongelukkig zijn – alleen dat geluk niet komt door tijdelijke geneugten, en dat zonder een God die een opstanding uit de dood belooft alles wat we in dit leven doen tijdelijk is.

Hoe kunnen we er zeker van zijn dat we weer tot leven kunnen komen? Hoewel er mensen zijn die gereanimeerd zijn en ’buitenlichamelijke' ervaringen claimen, is er slechts Eén opgewekt na drie dagen en drie nachten in het graf – en dat was bijna 2.000 jaar geleden. Maar hoe kunnen we weten dat een man genaamd Jezus werkelijk uit het graf is opgestaan?

Paulus beantwoordt die vraag in hetzelfde 'opstandingshoofdstuk' waarin we eerder lazen – waarbij hij personen bij name noemt die Jezus na Zijn kruisiging hebben gezien, en vervolgens verklaart: "Daarna is Hij verschenen aan meer dan vijfhonderd broeders tegelijk, van wie de meesten nu nog in leven zijn, maar sommigen ook zijn ontslapen [gestorven]" (1 Korinthe 15:6). Dit werd minder dan 25 jaar na de kruisiging geschreven, terwijl de meeste van die 500 mensen nog leefden. Welke geloofwaardigheid zou Paulus, of zijn brief, hebben als dit niet waar was?

En geleerden erkennen nog meer bewijs. Volgens Johannes 7:5 geloofden Jezus' eigen halfbroers vóór de kruisiging niet in Hem, maar werden later discipelen. Jakobus werd daarna de leider van de gemeente in Jeruzalem, en hij schreef de brief van Jakobus in uw Bijbel. Zijn halfbroer Judas werd ook een gelovige en schreef de brief die zijn naam draagt.

Velen zijn als martelaren gestorven voor een zaak waarin ze geloofden, maar hoeveel zouden bereid zijn te sterven voor een zaak waarvan ze wisten dat het een leugen was? De apostelen van Jezus wisten dat de opstanding waar was. De geschiedenis vermeldt dat van de twaalf apostelen (inclusief Matthias, die Judas verving) alleen Johannes niet de marteldood stierf.

Maar de vraag blijft: als God bestaat en er leven na de dood is, wat betekent dat dan? Wat is Gods doel voor u en mij?

 

Zijn wij louter dieren?

Hebt u zich ooit afgevraagd waarom mensen zoveel grotere mentale capaciteiten hebben dan dieren? Verschillende dieren hebben grotere hersenen, maar geen enkele komt zelfs in de buurt van het menselijk vermogen om te redeneren, te denken, te innoveren. Geen dier kan naar de maan gaan en terugkeren. Geen dier kan een telescoop, een televisie of een computer bouwen. Ja, ik weet dat uw hond behoorlijk geweldig is, maar er is iets fundamenteel anders tussen u en uw hond.

Wat is dat verschil? Hoe kan de mensheid machines bouwen die hoger, sneller en verder kunnen gaan dan welk dier dan ook? En waarom kunnen we, zelfs met zo'n superieure intelligentie, niet met elkaar overweg? Waarom is er echtscheiding ? Waarom zijn er oorlogen tussen landen? Waarom bedriegen en stelen mensen en knuppelen elkaar neer?

We beginnen onze zoektocht naar het antwoord op de zin van het leven in het eerste hoofdstuk van de Bijbel. Hier zien we dat God de mensheid heel anders heeft gemaakt dan welk ander schepsel ook:

 

En God zei: Laten Wij mensen maken naar Ons beeld, naar Onze gelijkenis; en laten zij heersen over de vissen van de zee, over de vogels in de lucht, over het vee, over heel de aarde en over al de kruipende dieren die over de aarde kruipen! En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar het beeld van God schiep Hij hem; mannelijk en vrouwelijk schiep Hij hen. (Genesis 1:26-27)

 

Hoevelen hebben deze passage gelezen zonder te overwegen wat die betekent? In duidelijke taal: God heeft de mens niet gemaakt om op  welk dier dan ook te lijken, , maar om te lijken op Hem. Wij zijn anders omdat we naar Gods beeld en gelijkenis geschapen zijn. Lees dat voor uzelf, in uw eigen Bijbel, en denk na over wat het betekent.

God heeft ons geschapen om te zijn zoals Hij is, met een verbazingwekkend vermogen om te denken, te redeneren en een groot aantal fantastische dingen te doen. Waarom gedragen wij ons dus niet op goddelijke wijze? De Bijbel legt het ontbrekende element uit: dat de mens met een vrije wil is gemaakt met het vermogen om morele keuzes te maken.

“En de HEERE God liet allerlei bomen uit de aardbodem opkomen, begerenswaardig om te zien en goed om van te eten; ook de boom des levens, in het midden van de hof, en de boom van de kennis van goed en kwaad" (Genesis 2:9). Vervolgens lezen we: "En de HEERE God gebood de mens: Van alle bomen van de hof mag u vrij eten, maar van de boom van de kennis van goed en kwaad, daarvan mag u niet eten, want op de dag dat u daarvan eet, zult u zeker sterven” (vv. 16-17).

 

De mensheid kreeg het vermogen om te kiezen tussen juist en verkeerd, tussen goed en kwaad. Dit werd bij een andere gelegenheid aan de natie Israël uitgelegd: "Ik roep heden de hemel en de aarde tot getuigen tegen u: het leven en de dood heb ik u voorgehouden, de zegen en de vloek! Kies dan het leven, opdat u leeft, u en uw nageslacht, door de HEERE, uw God, lief te hebben, Zijn stem te gehoorzamen en u aan Hem vast te houden – want Hij is uw leven en de verlenging van uw dagen…" (Deuteronomium 30:19-20).

Meer dan 55 jaar nadat we mensen naar de maan hebben gestuurd en veilig terug hebben gebracht, kunnen we nog steeds niet met elkaar overweg. Er zijn te veel mislukte huwelijken; te veel moorden, verkrachtingen en mishandelingen; te veel oorlogen, die de hoop en dromen van miljoenen mensen ongedaan maken.

Waarom is er zoveel lijden? Mensen vragen zich af waarom God, met al Zijn macht, de wreedheden die hier op aarde plaatsvinden niet stopt. Maar wie van deze zelfde mensen zijn bereid zich in alles aan Gods wil te onderwerpen? Er is een reden waarom God ons vrije morele keuzevrijheid gegeven heeft.

 

Gods doel voor ons

Het idee dat God de mens naar Zijn eigen beeld schept, is werkelijk diepgaand – en dit thema is overal in de Bijbel terug te vinden. David keek naar de nachtelijke hemel en vroeg zich af waarom God überhaupt geïnteresseerd zou zijn in de mensheid. Hij vroeg: "Als ik Uw hemel zie, het werk van Uw vingers, de maan en de sterren, die U hun plaats gegeven hebt, wat is dan de sterveling, dat U aan hem denkt, en het mensenkind, dat U naar hem omziet?" (Psalm 8:4-5). Het boek Hebreeën gaat in op deze vraag en legt uit:

 

alle dingen hebt U [dwz God] onder zijn voeten onderworpen. Want bij het onderwerpen van alle dingen aan Hem heeft Hij niets uitgezonderd wat Hem niet onderworpen is. Nu zien wij echter nog niet dat Hem alle dingen onderworpen zijn, maar wij zien Jezus met heerlijkheid en eer gekroond, Die voor korte tijd minder dan de engelen geworden was, vanwege het lijden van de dood, opdat Hij door de genade van God voor allen de dood zou proeven. Want het paste Hem, om Wie alle dingen zijn en door Wie alle dingen zijn, dat Hij, om veel kinderen tot heerlijkheid te brengen, de Leidsman van hun zaligheid [d.i. ‘behoud’] door lijden zou heiligen. (Hebreeën 2:8-10)

 

De Bijbel openbaart dat er een plan en doel wordt uitgewerkt dat veel groter is dan met pensioen gaan in de hemel om voor eeuwig in het aangezicht van God te staren. Hoe komt het dan dat mensen niet aanvaarden wat de Bijbel duidelijk zegt? De apostel Paulus is niet vaag over onze toekomst. Hij legt uit dat wij zonen van God zullen zijn en mede-erfgenamen met Christus.

 

Immers, zovelen als er door de Geest van God geleid worden, die zijn kinderen van God. Want u hebt niet de Geest van slavernij ontvangen, die opnieuw tot angst leidt, maar u hebt de Geest van aanneming tot kinderen ontvangen, door Wie wij roepen: Abba, Vader! (Romeinen 8:14-15)

 

Let nu eens op en denk erover na wat hij vervolgens zegt:

 

De Geest [van God] Zelf getuigt met onze geest getuigt dat wij kinderen van God zijn. (v. 16)

 

Hebt u dat begrepen? Wij kunnen kinderen van God zijn en worden. Zoals in Genesis 1 naar voren komt, de mensheid is niet naar het beeld en de gelijkenis van enig dier gemaakt, maar van God Zelf! Kunt u geloven wat de Bijbel duidelijk zegt? Paulus vervolgde door te schrijven:

 

En als wij kinderen zijn, dan zijn wij ook erfgenamen: erfgenamen van God en mede-erfgenamen van Christus; wanneer wij althans met Hem lijden, opdat wij ook met Hem verheerlijkt worden. (Romeinen 8:17)

 

Het volgende vers wijst erop dat ook vrouwen hierbij zijn inbegrepen: "....en Ik zal u tot een Vader zijn, en u zult Mij tot zonen en dochters zijn, zegt de Heere, de Almachtige" (2 Korinthe 6:18).

Maar hoe kunnen wij "erfgenamen van God en mede-erfgenamen van Christus" zijn? Bedenk opnieuw dat Romeinen 8:16 twee geesten noemt: Gods geest en "onze geest". Hierin zit hem het verschil tussen Gods denken en ons denken. Menselijk gesproken denken wij niet zoals God denkt (Jesaja 55:7-9).

Zonder Gods inwonende geest ontbreekt het mensen, hoewel intelligent in materiële zaken, aan ware liefde en zelfbeheersing. Zonder Zijn geest vertonen we alle eigenschappen van een vleselijke natuur, beïnvloed door Satan, de duivel. "Het is bekend wat de werken van het vlees zijn, namelijk overspel, hoererij, onreinheid, losbandigheid, afgoderij, toverij, vijandschappen, ruzie, afgunst, woede-uitbarstingen, egoïsme, onenigheid, afwijkingen in de leer, jaloersheid, moord, dronkenschap, zwelgpartijen, en dergelijke…" (Galaten 5:19-21).

Maar betekent dit dat we nooit kunnen denken zoals God denkt? Laat Paulus ons het antwoord geven:

 

Maar het is zoals geschreven staat: Wat geen oog heeft gezien en geen oor heeft gehoord en in geen mensenhart is opgekomen, dat is wat God bereid heeft voor hen die Hem liefhebben. Aan ons echter heeft God het geopenbaard door Zijn Geest. De Geest immers onderzoekt alle dingen, zelfs de diepten van God. (1 Korinthe 2:9-10)

 

 Paulus gaat verder met uit te leggen wat het verschil is tussen het dierlijke brein en de menselijke geest:

 

Want wie van de mensen kent de dingen van de mens dan de geest van de mens, die in hem is? Zo kent ook niemand de dingen van God dan de Geest van God. En wij hebben niet ontvangen de geest van de wereld, maar de Geest Die uit God is, opdat wij zouden weten de dingen die ons door God genadig geschonken zijn. (vv. 11-12)

 

De geest in de mens geeft het menselijke brein zoveel meer capaciteiten, ver boven dat van dieren, maar zonder dat de geest van God in ons woont, kunnen we de dingen van God net zomin begrijpen als mijn hond Marcus differentiaal- en integraalrekening zou kunnen begrijpen. Om volledig naar het beeld en de gelijkenis van God te worden gemaakt, om te denken zoals God denkt, moeten deze twee geesten zich verenigen.

 

Immers, zovelen als er door de Geest van God geleid worden, die zijn kinderen van God. Want u hebt niet de Geest van slavernij ontvangen, die opnieuw tot angst leidt, maar u hebt de Geest van aanneming tot kinderen ontvangen, door Wie wij roepen: Abba, Vader! De Geest Zelf getuigt met onze geest dat wij kinderen van God zijn. En als wij kinderen zijn, dan zijn wij ook erfgenamen: erfgenamen van God en mede-erfgenamen van Christus; wanneer wij althans met Hem lijden, opdat wij ook met Hem verheerlijkt worden. (Romeinen 8:14–17)

 

Wauw – wij zijn "kinderen van God… erfgenamen van God en mede-erfgenamen van Christus”. Welnu, is dat niet een doel de moeite waard om voor te leven?